De kleine partijen in debat: hard maar spannend
Het is een traditie in Nederland. De avond voor de verkiezingen een debat met de lijsttrekkers van grote partijen, maar daarvoor een debat met de lijstrekkers van de kleinere partijen. Hoe is dat debat gegaan?
Eline van den Broek, lijsttrekker van pan-Europese partij Libertas, ging het meest in de aanval. Als doelwit koos ze Sophie in ’t Veld die ze meteen in de allereerste minuut neerzette als een eurofiel. In ’t Veld reageerde niet altijd sterk (de beschuldiging van eurofiel weerlegde ze bijvoorbeeld in zijn geheel niet), maar de aanvallen van Van den Broek waren vaak zo opportunistisch en slecht doordacht dat het effect op de D66-lijsttrekker klein zal zijn.
Vijf voorbeelden
Op een gegeven moment vroeg Van den Broek of In ’t Veld vijf dingen op kon opnoemen die ze in de afgelopen termijn heeft bereikt. Een debattruc die afgekeken zou kunnen zijn van Wouter Bos tijdens een debat met Balkende (”Noem mij drie voorbeelden van een maatregel die ten koste is gegaan van de hogere inkomens”). Echter, de truc werkt alleen als degene die de vraag voor zijn kiezen krijgt hem niet kan of wil beantwoorden. Sophie in ’t Veld sprak natuurlijk graag meer dan een minuut aan kostbare tijd vol met wat ze heeft bereikt in Brussel.
Sophie in ’t Veld ging ook in de aanval, maar haar doelwit was niet Libertas of een van de andere aanwezige partijen. Zij richtte haar pijlen op Hans van Baalen, de VVD-lijsttrekker die vanavond pas in debat gaat. Dat is niet onbegrijpelijk of onverstandig. D66 is de grootste van de kleine partijen. Volgens meerdere peilingen behalen ze meer zetels morgen dan sommige van de grote partijen. Door fel in debat te gaan zet je jezelf op gelijk met die kleinere partijen. In ’t Veld koos daarom voor een betere aanpak: beleefd en boven de partijen gaan staan.
Debatleider
Debatleider Dominique van der Heyde — politiek verslaggever van de NOS — was gedurende het debat zeer aanwezig. “Leg even uit wat het Verdrag van Lissabon is.” “Laten we het niet over landbouwsubsidies hebben maar over iets dichter bij huis.” En zo riep ze enthousiast: “Graag voorbeelden!” Hoewel een debatleider een faciliterende rol moet hebben – die per definitie beperkt is – denk ik dat in dit geval haar aanwezigheid heeft bijgedragen aan een goed debat. De verheldering die ze vroeg en sturing terug naar het onderwerp die ze eiste zorgde voor een gestructureerder debat wat de kiezer wat te kiezen geeft.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!