Met welke simpele techniek houd je ieder publiek geboeid?
Het korte antwoord: met retorische vragen. Dat zijn vragen waarop je geen antwoord verwacht van het publiek. Met retorische vragen transformeer je passieve toehoorders tot actieve deelnemers.
Wat ik in de praktijk vaak zie: hoe meer mensen overtuigd zijn van hun eigen gelijk, hoe minder retorische vragen ze stellen. Heel stellig formuleren ze elke zin. Elke vorm van variatie neemt af: elke zin krijgt hetzelfde patroon. En ook hun stem wordt monotoon.
Welke vragen kun je stellen?
In z’n standaardwerk Lend Me Your Ears (eBook) geeft Max Atkinson een paar herkenbare voorbeelden. Zeg niet:
En dan kom ik nu bij onze sterke punten…
maar:
Als dit onze zwakste punten waren, waar zit dan onze kracht?
En niet:
Op deze slide zien we een overzicht met stappen die we moeten zetten om dit voor elkaar te krijgen…
maar:
Hoe krijgen we dit voor elkaar?
Het sluit mooi aan bij een eerdere tip die we gaven voor het geven van PowerPoint-presentaties: probeer met elke slide één vraag te beantwoorden.
Waarom werkt het?
Allereerst omdat je het publiek alvast aan het denken zet. Je prikkelt mensen om zélf over iets na te denken, al is het maar een paar seconden.
Maar er is meer. Zo’n retorische vraag zorgt er ook voor dat jij als spreker je stem dynamischer gebruikt. Het zorgt ervoor dat je even omhoog gaat met je stem (probeer maar: “Echt?”). Het zorgt ervoor dat je het spreekritme even doorbreekt door een pauze te laten vallen. (Wel doen!) Krijg je dus weleens het verwijt dat je stem monotoon is? De eenvoudigste manier om daar verandering in te brengen: meer retorische vragen stellen.
Overigens hoef je retorische vragen lang niet altijd te beantwoorden als spreker. Sterker nog: vaak is dat helemaal niet nodig. Maar daarover meer in een volgende tip.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!