Lijsttrekkersdebat D66: Lousewies was vooral kleurloos
De lijsttrekkersdebatten bij D66 tussen Alexander Pechtold en Lousewies van der Laan, en zes anderen, boden geen enkele duidelijkheid. De partijleden zijn geen haar wijzer en de partij is geen steek verder.
D66 is een partij die vecht voor haar leven, of dat althans zou moeten doen. De leden snakken naar een leider die de partij politieke legitimiteit kan verschaffen zonder hun idealen te grabbel te gooien. Deze messias van het redelijk alternatief heeft zich echter nog altijd niet aan de ongelovigen kenbaar gemaakt. Geen van de deelnemers aan het slotdebat om het partijleiderschap leek te beseffen hoe beroerd D66 ervoor staat.
Geen verschil
Favorieten Alexander Pechtold en Lousewies van der Laan waren het op vrijwel alle punten roerend met elkaar eens, maar dit was nu juist niet de bedoeling. Want hoewel doel van het debat was om de verschillen tussen de deelnemers zichtbaar te maken, grepen de ‘kemphanen’ elke gelegenheid aan om hun overeenkomsten te benadrukken. Pechtold kon desgevraagd zelfs niet één verschil tussen hem en zijn tegenstreefster noemen.
Nu was de minister ook enigszins in het nadeel. Zijn positie binnen het kabinet stond hem niet toe zich zo vrij te uiten als zijn belangrijkste tegenstander. Pechtold moest zich bovendien voortdurend verweren tegen suggestieve vragen van de gespreksleiders. In een debat kan hij zich uit een dergelijke situatie redden door aan ieder antwoord op een vraag een eigen punt toe te voegen. Zo had Pechtold het initiatief naar zich toe kunnen trekken, maar hij liet dit na.
Boe-geroep
De minister bleek overigens zo nu en dan best aardig te kunnen debatteren. Hij verweet Van der Laan herhaaldelijk op zeer felle toon dat zij met haar stelselmatige verwijzingen naar islamitische scholen de discussie over de vrijheid van onderwijs vervuilt. ‘Op de Veluwe’, voegde hij haar toe, ‘zijn de scholen veel sektarischer!’ Het publiek reageerde uitgelaten. Een bedeesde Van der Laan kon niets beters bedenken dan: ‘Dit onderwerp leent zich niet voor simplificaties en oneliners.’ Een luid boe-geroep was haar deel.
Pechtold liet direct blijken niet voor het zwaktebod van de fractievoorzitter onder te willen doen. Toen Van der Laan aangaf best tweede op de kieslijst te willen staan achter Pechtold, vroeg deze haar: ‘Ben ik nu dan wel weer geloofwaardig?’ Een beetje dom. Vijf minuten lang spitste de discussie zich toe op de politieke geloofwaardigheid van de minister, uitgerekend zijn achilleshiel.
Niet in vervoering
Van der Laan was vooral kleurloos. Ze maakte geen grote fouten, maar wist het publiek ook niet in vervoering te brengen. Als ze al een fout maakte, dan was het dat ze haar centrale boodschap – die ze voorafgaand aan het debat uitgebreid had gepromoot – onvoldoende over het voetlicht bracht. Dat gold overigens ook voor Pechtold.
De debatten in aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen beloven een zware dobber te worden voor de nieuwe lijsttrekker, wie dat ook mag worden. Juist een partij van de nuance heeft een bekwaam debater nodig om ingewikkelde standpunten overtuigend over te brengen. Die heeft zich niet laten zien.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!